Taal: om halfzes was ik slimmer als hen

In een tekst over kinderopvang schreef ik de zin: “Daar bieden wij ze verblijf en behandeling” De klant van mijn klant (het reclamebureau) had daarop een correctie. Het moest zijn: “Daar bieden wij hen verblijf en behandeling.”
Zonder verder al te diep over de materie na te denken, mailde ik het bureau: “Ik weet wel dat ‘hen’ meewerkend voorwerp is voor ‘ze’, maar deze op zich correcte vorm maakt dat de tekst ambtelijk klinkt. Niemand zegt meer ‘hen’ en het wordt ook steeds minder geschreven. Ik adviseer dus ‘ze’, maar kan er mee leven als de klant daar niet mee kan leven.
Na enige tijd kwam het mailbericht: Ze gaan voor ‘hen’. Mijn advies werd dus in de wind geslagen. Tja, en dan jeukt dat toch. Ik ben dus eens op zoek gegaan naar hoe het precies zit. Wat blijkt, het meewerkend voorwerp heeft er helemaal niets mee te maken! Zowel ‘hen’ als ‘hun’ kunnen in bijna alle gevallen vervangen worden door ‘ze’, dat – en daar klopte mijn buikgevoel – simpelweg minder formeel is. Gebruik van ‘hen’ is wél verplicht als er een voorzetsel voor staat. Het is dus ‘wij geven het aan hen’ en niet ‘wij geven het aan ze’. Maar dat doet bijna iedereen vanzelf goed.

Toevallig kwam vandaag in een andere tekst voor dezelfde klant nóg een brandende taalkwestie naar voren. Het bureau mailde me: “Verder de vraag is het half zes of halfzes?n antwoord: “Volgens mij is het half zes. Of anders 17.30 uur. bureau weer: “Volgens hen halfzes… waarbij ik meteen verongelijkt dacht: “Vráág het mij dan niet!”
Ook hier ben ik gaan zoeken op internet. Wie schetst mijn verbazing… Ik kon niet anders dan terug mailen: Volgens de taalwijzer hebben ze gelijk. Weer wat geleerd. Hoewel ik het raar vind staan.

Maar opnieuw bleef het jeuken achter mijn talenknobbel. Halfzes? Halftwaalf? IK kom je om halfdrie halen? Het is nu tien over halfdrie? Het kán gewoon niet!

Opnieuw googlen. Wat blijkt? De vorm mét spatie wordt in al deze voorbeelden maar liefst tien keer zo vaak gebruikt als die zonder spatie.

De schrijfwijze ‘halfzes’ is voorgeschreven in het nieuwe Groene Boekje (2005) van de Nederlandse Taalunie. In het alternatieve Witte Boekje, dat manmoedig de ruggegraat recht houdt tegen de nutteloze veranderdrang, adviseert men nog steeds de vorm mét spatie.

Tijdens mijn studie las ik voor de lessen Taalbeheersing het boek ‘Language Change, Progress or Decay’. Dat leerde dat de taal leeft, en meebeweegt met de maatschappij. En dat uiteindelijk de taalgebruikers zélf beslissen of het ‘groter als’ of ‘groter dan’ moet zijn. Zodra de overgrote meerderheid ‘groter als’ zegt, is dat de nieuwe norm.

Helemaal eens. En gelukkig kan Google ons uitstekend helpen met het uitzoeken van de meest gebezigde vorm. Ik blijf kortom lekker ‘wij bieden ze’ en ‘half zes’ schrijven. En voorlopig ook gewoon ‘groter dan’.