Merken op de markt zijn net als scholieren op het schoolplein. Een paar aantrekkelijke, verbaal sterke jongens en meiden slagen er in op eigen kracht en met de juiste kleding en accessoires (niks buitennissigs maar wel met kwaliteit) opinie- en smaakleiders te worden. Iedereen kijkt naar ze op, iedereen wil zijn zoals zij. Maar wanabees worden snel ontmaskerd, hoe goed ze ook hun best doen.
Dan heb je een grote groep ‘grijzen muizen’ die onopvallend in subgroepjes door het leven sluipen. Ze kunnen verdienstelijk meedoen, maar zeker geen opvallende rol spelen.
En dan zijn er de eigenheimers. Zij die zich niets aantrekken van wat anderen aantrekken. Ze doen niet hun best populair te worden, en vaak worden ze dat ook niet. Maar hun autonomie dwingt respect af.
En tot slot de buitenbeentjes. Nonconformisten die door houding, gedrag of uitdossing bewust de aandacht naar zich toe trekken. Ze zijn anders omdat ze anders wíllen zijn. Ze kiezen bewust voor een hoofdrol en trekken zich zo aan hun eigen haar uit de modder der middelmaat.
De wetten van het schoolplein gelden ook de markt.
Het A-merk onderhoudt zorgvuldig zijn imago en blijft makkelijk overeind. De B-merken klampen aan maar worden – ongeacht hun kwaliteiten – niet voor vol aangezien. De grijze massa ploegt muizig voort en de eigenheimers doen hun ding in hun eigen marge.
Val je buiten deze groepen maar wil je tóch boven het maaiveld uitsteken, dan moet je merk anders durven zijn. Uit de band breken. Creatief, brutaal, origineel en zelfs een beetje raar. Goede reclame kan daarbij helpen.